Guido CLEYS

Dienstplichtige lichting 1972

 

Aan alle de oudgedienden van het 5 Linie, mijn beste groeten !
Dit is mijn terugblik naar 1972 als soldaat Guido Cleys, 1 Compagnie.
Toen ik mijn oproep voor mijn legerdienst ontving woonde ik in Beveren-Waas. Legerdienst in Duitsland uitvoeren was mij onbekend. Wilde verhalen genoeg, achteraf bleek er geen enkele te kloppen. Hier mijn eigen ervaringen op een rijtje.
Na mijn keuring in Brussel werd ik aangeduid voor het 5 Linie in Soest. De eerste week in Leopoldsburg. Een korte voorbereiding en passen van het uniform en uitrustingsstukken.
In Soest aangekomen moest alles plots sneller gaan. Verzamelen, marcheren, een groep vormen door goed samen te werken. Met wapens leren omgaan en alle veiligheid. De sergeanten zagen elke fout en dan: opnieuw! Dat was helemaal anders dan in ‘t burgerleven. Alle herhalingen kneedden ons tot goede soldaten. Kamergenoten werden kameraden. Iedereen hielp en steunde elkaar. Met niets vergelijkbaar en ver van huis. Pas na zes weken enkele dagen met verlof naar België. Maar alle dagen waren goed gevuld. Vroeg opstaan en inspectie kamer. In zuiver geborsteld oefenkledij, weer inspectie – voor de vlaggengroet. De eerste keren op bivak gaan, in slechte weersomstandigheden, waren een verschrikking. Daar zag je wie zich kon aanpassen en wie niet. Het waren korte nachten in de slaapzak en uw eigen maaltijd koken uit een blikken veldrantsoen op eigen vuurtje.
Ik herinner me wapens die we aanleerden, zoals ons geweer, de FAL, en de Falo, waarmee we heel goede schutters werden. Een machinegeweer hanteren werd een gewoonte. Daarna kwam het leren werken per sectie met het gepantserde voertuig AMX. Een nieuw avontuur.
Wij leerden negen kilometer lopen per peloton binnen de tijd. Hindernisbaan per sectie, stormboot binnen de tijd roeien, op de Mohnesee, nachtoriëntatie van 12 kilometer tegen de tijd, schieten op 200 meter, granaatwerpen op verschillende doelen. De wedstrijd WISTOFUS, was ons doel. Na zes maanden training om een tiental ploegwedstrijden uit te voeren tegen verschillende andere infanteriebataljons. Alles snel en goed uitvoeren, weinig rust, veel training. Een jaar waar iedereen enorm veranderde, iedereen leerde een ‘tandje bijsteken’ als het leven hard werd.
Mijn kamergenoten en kameraden waren van oa Marc Cools, Marnix Bruneel, De Rob Michel, en Jan Broecx, dat weet ik nog. Onze compagnie kapitein was Alderweireld, luitenant Van Ecken en sergeant Omen.
Graag zou ik hen weer ontmoeten op samenkomsten. Iedereen mag reageren.
Mijn e-mailadres is:guido.cleys1@telenet.be